Laboratoriumonderzoek voor fysiotherapeuten (7)

Bloedonderzoek kan interessant en nuttig zijn voor fysiotherapeuten om meer inzicht te krijgen in de gezondheid en de medische toestand van patiënten. Hoewel fysiotherapeuten meestal zelf geen laboratoriumtesten uitvoeren, kunnen ze samenwerken met artsen en andere zorgverleners om relevantie labresultaten te verkrijgen en te interpreteren. De specifieke tests die relevant zijn, kunnen variëren afhankelijk van de aard van de klachten van de patiënt en de behoeften van de therapeutisch evaluatie. Enkele mogelijke labtesten die interessant kunnen zijn voor een fysiotherapeut zijn:

Bloedonderzoek:

• Bloedbeeld (complete bloedtelling, CBC): kan bloedarmoede, ontstekingen of infecties detecteren.
• Erytrocytsedimentatiesnelheid (ESR) en C-reactief proteïne (CRP): Nuttig om ontstekingen te beoordelen.
• Glucosemetingen: Om diabetes te controleren.
• Lipidenprofiel: Voor evaluatie van het cholesterolgehalte.
• Bloedstollingstesten: Bij verdenking van bloedstollingsstoornissen.
• Elektrolyten en nierfunctietests: Natrium, kalium, calcium en ureum. Nuttig bij het beoordelen van elektrolyten en de nierfunctie.
• Leverenzymen zoals ALT, AST en bilirubine: Om de leverfunctie te evalueren.
• Ontstekingsmarkers: Reumatoïde factor (RF) en antinucleaire antilichamen (ANA): Bij verdenking van auto-immuunziekten.
• Vitamine D-niveaus: Voor evaluatie van mogelijke vitamine D-deficiëntie, vooral bij musculoskeletale klachten.
• Schildklierhormoon (TSH), thyroxine (T4), trijoodthyronine (T3): Voor het beoordelen van schildklierfunctiestoornissen die spier- en gewrichtspijn kunnen veroorzaken.
• Bloedkweek: Bij verdenking van systemische infecties.
• Tests voor specifieke infectieziekten, zoals Lyme-ziekte of reumatische koorts.